woensdag 19 oktober 2011

Herfst in de duinen

bewijs van bronstige herten
Onderaan een video waarin je het burlen van de damherten kunt horen (de herten zijn alleen in de verte te zien, prachtige foto's van dichtbij bekijk je op het blog van Marisca).

Het afgelopen zonnige herfstweekend heb ik drie dagen door de duinen gewandeld.

vliegenzwam
Vrijdag fiets ik naar de Waterleidingduinen. Het parkeerterrein staat vol, maar zodra je van het pad af bent zie je bijna niemand meer. Struinen mag in deze duinen! Waar ik me op verkeken heb, is dat de bronst nog niet voorbij is. Ik sta niet te trappelen om een opgefokt hert tegen te komen, zeker niet als ik in mijn eentje wandel. Maar ja, hier zijn de herten niet te vermijden. Halverwege Duivendrift hoor ik al burlen. Daar staat het damhert, omringd door hinden. Hij staat recht naar me toe gekeerd, zijn hoofd op en neer bewegend, dreigend te roepen, op wat zal het zijn, 20 meter? Ik durf niet te stoppen om een foto te nemen en loop stevig door, goed luisterend of het hert me niet achtervolgt.

meidoorn
Op het dijkje bij het Renbaanveld mag ik altijd graag even pauzeren, uitkijkend over het meer met aalscholvers en andere watervogels. In de verte hoor ik geburl en geweigekletter. Dat is niet noodzakelijk van een gevecht, ze slaan hun gewei ook in takken. Het geluid komt verontrustend dichterbij. Dat ga ik niet afwachten, ik loop gauw verder. Aan de andere kant van het meer aangekomen hoor ik het hert nog steeds burlen, zo te horen vanaf de plek waar ik net zat. De rest van de wandeling klinkt het gelukkig niet meer zo heel vlakbij, en op de paden loop ik in elk geval niet in mijn uppie.

koningskaars (en de dauw op de bladeren)

kardinaalsmuts
Zaterdag ga ik naar de Kennemerduinen. Wat een verschil met gisteren: ik zie wel overal kapot getrapte bronstplekken langs de paden, maar ik hoor of zie geen hert. Heerlijk ontspannen genieten van al dat natuurschoon om me heen! Het is verbazingwekkend rustig onderweg. Je hoort wel mensen in de verte, en ook de races op Zandvoort en overkomende vliegtuigen. Dat alles benadrukt juist de stilte en de vogels om me heen. Ik ga blijkbaar zo op in mijn omgeving dat een buizerd vlakbij laag over komt scheren, zigzaggend tussen de bomen door.

vogelmeer met aalscholvers
Richting de uitgang stel ik tevreden vast dat een weghuppelend konijn het grootste zoogdier van vandaag was, maar dan doemt in de bocht een koe voor me op. Dit zijn geen gewone koeien, maar roodbruine langharigen met enorme hoorns. De koe is ook verrast mij op zijn pad te zien. Hij neemt het initiatief door met zijn hoofd bewegend alsof het een burlend hert is nog een paar stappen op me af te doen, ik kan zijn hoorns nu zowat aanraken. Ik spreek hem vermanend toe: "nee, nee, geen gesodemieter, ik loop gewoon om je heen en dat is dat". Ik doe wat ik zeg, en de koe staat het hoofdschuddend toe. In een iets ruimere bocht loop ik langs nog een paar koeien om mijn pad te kunnen vervolgen.

bordje op bankje bij vogelmeer
Op zondag wandel ik vanaf het Koevlak naar Parnassia en terug. Deze keer kom ik geen koeien of herten tegen, alleen veel mensen en een paar grazende shetlanders die me geen blik waardig gunnen. Soms is het wel fijn om genegeerd te worden.

Alle foto's zijn in de Kennemerduinen gemaakt.


Bronst 2008 van Linda Hartgring op Vimeo.

vrijdag 14 oktober 2011

Joyriding met de scootmobiel

Een tijdje terug was een tante met wat familieleden in de buurt. Ze hadden hier een bruiloft gehad, en gingen een visje happen aan het strand. Of we zin hadden om mee te gaan? Daar hadden mijn oom die over was uit Australië en ik wel oren naar. We waren met ons zessen, geen probleem, want de familie was met de camper. In de camper stond gedemonteerd de scootmobiel van mijn tante.

Het is natuurlijk ontzettend gezond om zoveel mogelijk in beweging te blijven als je ouder wordt, en alles wat moeizamer gaat. Maar als het moeizamer gaat, dan kom je niet zo ver meer. Die scootmobiel is een uitkomst. Aan het strand zetten mijn neven in een handomdraai het ding in elkaar. Sleuteltje erin scheuren maar. Want dat gaat best hard! Moet je hem wel in stand Haas zetten. Hij kan ook op Schildpad, maar dat is voor watjes.

Ik geloof dat mijn tante best aan het idee heeft moeten wennen. Ze bleef hardnekkig met een stok lopen, terwijl mijn moeder allang aan de rollator was. Nu heeft ze onlangs haar been opengehaald tijdens een scootrondje door haar tuin. Ik vraag me af of ze toen als een schildpad of als een haas ging.

De familie dringt aan dat ik het ook eens moet proberen. Ik geneer me daar voor, de mensen laten denken dat ik gehandicapt ben en je zult het maar echt wezen. Ik wil ook niet de goden uitdagen: ik hoop nog heel lang met de eigen benenwagen toe te kunnen. De nieuwsgierigheid wint. Ik begin als een schildpad, want het is al spannend genoeg. Als ik het knopje 'vooruit' indruk sla ik zelf naar achter, zo spuit ik weg. Van schrik laat ik het knopje los en klap naar voren omdat het ding meteen stilstaat. Dat valt nog niet mee. Na wat heen en weer op de boulevard heb ik nog steeds de slag niet te pakken, maar wel de lol. En ik ben niet eens omgevallen bij het nemen van de bochten.

zondag 4 september 2011

Een mediterrane barbecue, beren en vleermuizen

Vast maar weinig mensen hebben een beer in het echt gezien. Een vriendin en ik zagen er elk één in Californië, ik 32 jaar geleden in Sequoia Park, zij 5 jaar geleden in Yosemite. Beide beren figureren in verhalen over barbecuen, terwijl we op haar patio een ijsthee drinken, een reepje komkommer of pitabrood in hummus dippen, en haar man de houtskool aansteekt. Het is na maanden van kou en regen bijna onwerkelijk om deze warme zomeravond te beleven.

De druivenranken hangen over de doorgang van de keuken naar de patio. Aan de achterkant staan voor een wand van klimop twee olijfboompjes, met flink wat dood hout helaas, maar van onderaf lopen ze alweer uit. Op de vloer van okergeel gravel staan een sering en een vlinderstruik in terracotta potten. Waar de overhangende clematis van de buren in de druivenranken kruipt staat in een hoek een enorm wijnvat dat nu als regenton dienstdoet. De vijgenboom van de andere buren strekt zijn takken vol vruchten over de erfgrens.

Als de briketten gloeien, legt onze kok rode paprika’s er rechtstreeks op. Met een paar keer keren zijn ze rondom geblakerd en gaar. De vriendin schraapt het velletje eraf en snijdt ze in brede repen. Dan gaat een gietijzeren schaaltje met grote garnalen in olie, knoflook en rode peper tussen de kooltjes. Ze smaken verrukkelijk, lekker met een beetje aïoli. Het rooster gaat nu op de barbecue. Daarop legt de chef dunne plakken in de lengte gesneden courgette en aubergine, gemarineerd in wat olie en verse kruiden: rozemarijn, tijm en wilde marjolein. Als die gaar zijn gaan de lamskoteletten op het rooster, ook gemarineerd. Er komt een frisse salade op tafel. Terwijl we van het malse lam met de groenten genieten, garen met het deksel op de kogelbarbecue de met een specerijenmengsel ingesmeerde kippenbouten.

Het begint donker te worden. Wat vanuit mijn ooghoeken een achteruit vliegend musje lijkt, is een vleermuis. Bij mijn oude huis zag ik ze ook altijd, maar nu bij mijn nieuwe woning waren ze er alleen kort in het voorjaar, net wakker geworden in hun winterverblijf. En dat terwijl ik op maar tien minuten loopafstand van de vriendin woon, waar ze ze de hele zomer regelmatig gezien hebben, zoals nu ook rondvliegend langs de gevels. Ik hoop dat ik mijn vleermuizen eind deze maand weer terugzie, als ze vanuit hun zomerverblijf terugverhuizen.

De kaarsjes komen op tafel, boven ons staat de Grote Beer. Na de kip volgen tot slot gehaktballetjes, oosters gekruid en heerlijk met mangochutney. Als toetje scharen we ons rond de barbecue om marshmallows te roosteren boven de laatste gloeiende kooltjes – nou okay, geen marshmallows, maar met spekkies gaat het ook heel goed – warm en zacht van binnen, en knapperig van buiten.

De vleermuizen fotografeerde ik in 2009 in Zuid-Frankrijk.

dinsdag 23 augustus 2011

Blauw gevederde logé

Bob heeft een weekje bij me gelogeerd. Bob is een kleine grasparkiet met een grote persoonlijkheid. Hoeveel eigenheid kan een klein vogeltje hebben? Veel: de vriendin bij wie Bob woont vertelt dat ze nu drie parkieten gehad heeft, en dat ze alledrie compleet verschillend waren.

Ik moet wel een beetje wennen aan Bob (Bob lijkt geen moeite met mij te hebben). Of niet zozeer aan Bob, maar aan zijn intense aanwezigheid. Omdat hij vrij rondvliegt, moet ik zorgvuldig de deuren dicht houden. Gelukkig vergeet ik dat niet één keer. Lastiger is dat Bob graag gezellig mee komt liften zodra ik opsta. Maar hij mag niet mee de kamer uit. Als ik hem van mijn schouder op mijn hand probeer te laten overstappen (om hem bij zijn kooitje af te zetten) loopt hij achteruit en pikt naar mijn vinger. Erg grappig, maar niet effectief.

Dan gaan we maar even vogeltjes kijken, een dagelijks ritueel. Voor het raam kijken we wat er in de tuin gebeurt. Een kauw vliegt voorbij. Bob kwettert enthousiast, en sluit af met 'Bob is lief hè'. In de stem van die vriendin, een vreemde gewaarwording, alsof ze in de geest aanwezig is. Het is een sport om te verstaan wat hij nog meer kan zeggen. Dat is wel met een vaag gevoel van voyeurisme, afluisteren wat die vriendin allemaal tegen hem zegt. Hij zegt niets onvertogens, hoor. Ik onderscheid nog: 'goedzo', 'lekker slapen', 'welterusten' en 'kletskous'. Hij zegt meer, heel levendig, maar onverstaanbaar voor me. Ik let voor de zekerheid goed op wat ik zelf tegen hem zeg.

Spiegelvriendje in een stoelpoot
Bob kan ook prachtig fluiten. Dat is omdat de vriendin het zo mooi heeft voorgedaan, heel gevoelig, met trillertjes erin enzo. Hij kan natuurlijk ook als zichzelf fluiten. Hij heeft een arsenaal aan tjilpen, tjirpen, een beetje knerpen, kwetteren, en dat op verschillende geluidssterktes. Regelmatig zit hij op zijn praatstoel zijn repertoire af te werken, afgewisseld met gebabbel. Hele conversaties houdt hij in zijn eentje. Hij lijkt sowieso niet eenzaam te zijn, hij heeft vriendjes in elk spiegelend oppervlak.

Ik ben me steeds erg bewust van zijn aanwezigheid, en mijn verantwoordelijkheid voor zijn welzijn. Bob maakt een ontspannen en comfortabele indruk, daar ligt het niet aan, het zit in mijn eigen beleving. Ik vind het ook minder prettig dat hij overal poept. Dat zijn weliswaar heel kleine poepjes die snel indrogen en gemakkelijk te verwijderen zijn, maar toch.

Bob is gezellig, we hebben het knus samen. Hij komt vaak op mijn hoofd of schouder zitten. Op mijn knie gezeten doet hij uitgebreid zijn coiffure, terwijl ik tv kijk. Of hij kletst een beetje, met af en toe een hazenslaapje tussendoor. Ik heb me deze week erg geamuseerd met Bob, het is een schatje en hij is grappig. Ik ben ook blij dat hij nu weer bij de vriendin is. En zij ook.