maandag 16 januari 2012

Wilde eenden en warme koffie

Vrijdag ging ik met mijn wandelmaat weer eens de Amsterdamse Waterleidingduinen in. Meestal hebben we wel een idee waar we naartoe willen, maar nu waren we net als het nieuwe jaar nog wat blanco. Dat is wel de ideale instelling voor een zwerftocht: zonder doel loop je langzamer en kijk je meer om je heen, omlaag en omhoog.

Een paar abelen langs het kanaal hebben een rode zweem over de bast. Schimmels misschien? We volgen een hertenpaadje en met een bocht dwars door het bos komen we uit bij Duivendrift. Nu al hebben we heel wat damherten gezien, met een dikke wintervacht. Het lijkt wel of ze elk jaar tammer worden. Ondanks dat staan ze nog steeds te ver weg voor mijn camera.

Zoek de onzichtbare eekhoorn
Bovenop de Pollenberg waait het snoeihard, maar even verder lopen we alweer in de luwte, richting Vogeleiland. Het is rustig, af en toe een jogger of een wandelaar in de verte. We steken door naar het Vliegermonument. Het zonnetje breekt wat door. Ik zie een eekhoorn hoog door een den rennen, heel kort maar. We horen hem nog wel, maar hij houdt zich verscholen.

Aan het begin van het pad langs de holle boom staat een waterkom. Als ik me het verhaal goed herinner, was die vroeger voor de jachthondjes van de opzieners. Maar waarom eigenlijk? Het Zwarteveldkanaal is vlakbij, water genoeg hier. We zijn blij dat de kom er nog staat, want daar kun je leuk mee spelen.

Langs het zwarteveldkanaal

Bij het kanaal aangekomen maakt de lage zon er een ansichtkaart van. We zijn verrukt van de warme gloed over riet en bomen, en de mooie tegenlichtplaatjes. Het bruggetje is door de wilde eenden in gebruik als steiger. Er komt een zwart-witte eend langs. Ik zou niet durven zeggen welke soort het was. Er staan verschillende in mijn boekje, maar thuis weet ik niet meer precies hoe hij eruit zag en ik heb hem ook niet op de foto. Hij duikt onder het bruggetje door. Dat is grappig, ik wist niet dat het eronder open was, maar het is natuurlijk logisch dat het water door kan stromen.

Dankbaar voor onze zitmatjes houden we hier koffiepauze. Wat zullen we eens doen vanaf hier? Doorsteken naar Astrid’s Driftje valt af, we willen de eenden niet van hun steiger jagen. Verder langs het kanaal dan? Er waren wel net mensen vandaan gekomen, maar ik weet uit ervaring dat dat bijna niet lukt zonder natte voeten. Doorsteken naar het Middenveld is een optie, maar dan moeten we onder de afrastering door, daar hebben we nu geen zin in. Het is ook al vier uur, we besluiten terug te gaan langs het kanaal.

Op het tweede stuk loop je hoog over, door het bos. Daar waren al eerder bomen omgevallen, maar nu ligt er ook een boom als een poortje over het pad. De zon staat ondertussen zo laag dat hij achter de duinen verdwenen is. Ontspannen lopen we langs het aanvoerkanaaltje naar de Oase.

maandag 2 januari 2012

Een origineel en creatief 2012 gewenst!

Met verbazing aanschouwde ik zaterdagnacht hoe er voor een enorm bedrag aan vuurwerk de lucht in geschoten werd, ondanks de crisis. Maar misschien is het juist vanwege de crisis dat men zijn kont tegen de krib gooit en een smak geld opblaast, alleen voor de lol. Nou heb ik niks met vuurwerk, maar dat recalcitrante herken ik wel. Ik ben het deprimerende gemiezer over schaarste en schrappen zat. Wat helpt het om me ongelukkig te voelen over de knikkers, liever zoek ik het plezier in het spel weer op.

De afgelopen weken zwijmelde ik weg bij het tv-programma waarin Kirstie Allsopp de rommelmarkten afliep en in containers dook. Ook liet ze zich inwijden door verschillende ambachtslieden. Ze leerde smeden, borduren, quilten, haken, stoelen stofferen, glasblazen, sjabloneren, gordijnen naaien, taart versieren, manden vlechten en kerstdecoraties maken. Dat wil ik ook! Niet allemaal, vooral de textiele werkvormen trekken me aan.

Eikenhouten stoel
met trijpen bekleding
Na twee jaar regelmatig rondkijken in de kringloopwinkel vond ik eindelijk mijn ultieme eetkamerstoelen. Ik heb ze alleen flink schoon gemaakt en opnieuw in de antiekwas gezet. De lamp op de foto bestaat uit een decenniaoude houten standaard van een verder vergane lamp die nog bij mijn moeder in de schuur stond, een nieuwe fitting en bedrading uiteraard, een simpele kap van Leen en sierbandjes van de markt. Met dank aan de vingerhoedjes uit mijn grootmoeders fourniturenwinkel, want een lampenkap is best weerbarstig om de naald doorheen te krijgen. Misschien kan ik de volgende beter plakken.

Mijn wens voor 2012: kijk af en toe niet naar zo goedkoop mogelijk nieuw, maar zoek iets origineels tweedehands. Dat is net zo goedkoop zo niet goedkoper, en met een doorleefd karakter. Wat zou het dat je niet alle vlekjes en krasjes weggepoetst krijgt, voor je het weet heb je nieuwe bijgemaakt. Ga zelf weer naaien, breien en knutselen als je daar zin in hebt, op Internet en in de bibliotheek vind je alle uitleg voor kleine en grote projecten. En winkel eens bij lokale ambachtslieden en kunstenaars. Inspiratie nodig? Kijk bij Etsy of de Europese tegenhanger daarvan Dawanda, waar kleine zelfstandigen hun handgemaakte waar verkopen. Amuseer je met de gekste of iets minder gekke zelfmaakideeën van Manmade DIY, of maak iets moois van Salvage Love.

dinsdag 20 december 2011

Fijne feestdagen!

Zelfportret op Eerste Kerstdag 2010 (met kadertje van Picture-It)
Een frisse neus en een warm hart, ook in 2012. Fijne feestdagen!

zaterdag 10 december 2011

In het spoor van Blootvoet

De wandelafspraak stond al een tijdje, maar het is vandaag onstuimig weer. De storm van de afgelopen dagen mag voorbij zijn, de wind is nog niet gaan liggen. Mijn wandelmaat belt op: "Hoe is het bij jullie?" Ik kijk uit het raam. De coniferen van de buren zwiepen wild heen en weer. "Niet echt wandelweer." We vermoeden dat het in het open duin nog harder zal waaien, en stellen de afspraak uit.

Daar zit ik dan in mijn wandelbroek en met mijn wandelsokken al aan. Tja. Ik wil wel even een frisse neus halen, ik heb alleen geen zin in een stadswandeling. Ik besluit toch naar de duinen te gaan, hoe erg kan het wezen?

Op de fiets vraag ik me af of dat nou zo’n goed idee was, maar eenmaal aan de wandel valt het eigenlijk best mee. Bij de Oosterplas waait het snijdend hard, zo over het open water heen. Het zand snerpt in mijn gezicht. Op het pad langs het meer zie ik ineens een afdruk van een blote voet. In december! Wie gaat er nu met 5 ÂșC en een koude wind op zijn blote voeten de duinen in? Het lijkt me een mannenvoet, aan de grootte en breedte te zien. Niet groot genoeg voor een yeti of gorilla, glimlach ik in mezelf. Een zwerver? Aan de vorm en diepte van de afdrukken meen ik af te leiden dat Blootvoet rennend voorbij is gekomen. Een alternatieve marathonloper? Gewoon een rare vent? De sporen zien er vers uit. Als hij rent is hij vast al ver vooruit. Mijn hele wandeling lang blijf ik zijn sporen zien, en ik maak een lange wandeling. Soms zijn ze weg, even later zie ik ze weer. Blootvoet en ik blijken dezelfde route te lopen, zo ongeveer.

Ondertussen is het harder gaan waaien. Het bos suist en giert en piept en kraakt. Donderend geraas van vallende bomen blijft uit. Wel zie ik overal afgebroken takken liggen. Ik heb wel eens met iemand gewandeld, die op dat moment een dennenappel op zijn kalende hoofd kreeg. Het zag er grappig uit, maar het deed hem wel heel zeer. Ik kom veilig uit de duinen. Het laatste halfuur heb ik geen spoor van Blootvoet meer gezien. Ik denk dat hij is afgeslagen. Of zou hij zijn schoenen hebben aangetrokken?

zaterdag 3 december 2011

Rondje Bloemendaal

Nu het de laatste dagen van november nog mooi weer was heb ik het ervan genomen. Ik vind het heerlijk om wat door Bloemendaal te struinen: een boodschapje doen in het dorp, even rond het hertenkamp wandelen, Thijsse’s Hof meepakken en door het Bloemendaalse Bos kuieren.

Het zal best dat mensen somber worden van de vallende blaadjes, maar de kleuren zijn zo knetterend dat dat toch zou moeten compenseren. Juist als ik me wat neerslachtig voel, knap ik enorm op van een inspirerende herfstwandeling, fototoestel mee. Onderweg laat ik me betoveren door warm rood, geel, groen, besjes, mos, zwammen, en allerlei beesten, al dan niet echt of te fantaseren in een verwrongen boomstronk.


Vrolijke honden in het bos, de eenden in het hertenkamp komen hoopvol aanrennen terwijl ik niet eens met een zakje kraak, bij het Halve Maantje lopen koeien (‘pas op voor de stier’ zegt het bordje), nog meer eenden en nijlganzen. En alles ziet er prachtig uit in het lage zonlicht.

Wonderlijk zoveel leven als er zit in het seizoen van het afsterven. Tussen de villa’s staat een klein vrijstaand pand te koop. Verwilderde tuin. Alle ramen kapot. Ik durf niet naar binnen omdat het eruit ziet alsof het op instorten staat. Ik loop eromheen en loer door de vensters: resten van stiekeme bijeenkomsten van opgeschoten jongeren, of daklozen, bekladde muren, en een gedicht? De romantiek van het verval.